Kinderen en de dood, je zou ze er misschien het liefste ver vandaan houden. Maar als de deze toch in beeld komt, kan je er niet meer omheen. Waar de vorige generaties de jeugd ver van de dood weghield, nemen we tegenwoordig de kinderen mee in dit onderwerp. Maar ja, hoe doe je dat eigenlijk? Het kind deelgenoot maken van de dood?
1: Wees eerlijk, lieg niet over de feiten
Als oma niet meer beter wordt, geef dat dan ook aan. Er is ziek zijn waarin je niet meer beter wordt en een gewoon griepje of iets anders. Leg uit dat die verschillen er zijn, dan is er ook geen angst voor verlies als jij of jouw kind een keertje ziek is.
2: Benoem de dingen zoals ze zijn
Soms proberen we de boodschap zachter te brengen maar dat kan verwarrend werken: “Opa slaapt”, is niet zo handig. Dat kan angst voor slapen met zich mee brengen. De werkelijkheid is vaak minder eng dan wat een kind met zijn fantasie zelf zou gaan verzinnen bij een gebrek aan informatie.
3: Bereid de kinderen zo veel mogelijk voor
En op het afscheid nemen op het niveau wat bij hen past. Bijv.: “Straks zie je ome Jan, hij ligt nu op bed met zijn kleren aan en voelt koud. Hij ademt niet meer en ziet er bleker uit.” Zo weten kinderen wat ze kunnen verwachten en kunnen ze zich daar op instellen.
4: Probeer het afscheid nemen te stimuleren
als het kind een hechte band heeft gehad met de overledene. Het afscheid nemen helpt bij het beseffen van de werkelijkheid en dat helpt weer bij het rouwproces. Ieder kind is anders, en bekijk per kind of het wil, forceer niets. Als het kind niet wil, bespreek dan over waarom niet, misschien dat je angsten kan wegnemen (zie punt 3).
5: Hou het kind in de gaten
Kinderen verwerken afscheid in losse momenten en kunnen ook weer snel schakelen naar de orde van de dag. Dat is niet erg en juist gezond, ze nemen mee wat ze op dat moment aankunnen. Dus kijk niet raar op als kinderen ook gewoon spelen zoals altijd, ieder kind verwerkt verdriet op zijn eigen manier.
6: Slaapt en eet jouw kind slecht?
Heeft het woedeaanvallen of is het veel stiller dan normaal? Ga langs bij de huisarts of laat je begeleiden door 1 van de vele rouwexperts. Soms kan een buitenstaander met een paar gesprekken al een hoop verlichting geven.
Literatuur: de boeken van Riet Fiddelears, Manu Keirse en Johan Maes